Gevonden op het web : Pico Piccolo Primo en mini loco

Bij het vorige bericht postte Mikey links naar eigen materiaal op klascement. Hij heeft kaarten voor mini loco en pico piccolo primo gemaakt. Ik heb dit natuurlijk eens bekeken en vind het zeer bruikbaar.

Geen nood als je geen spelhouder hebt voor de pico piccolo: je kan het ook met wasknijpers spelen! Op bol.com wordt het spelbord nog verkocht (opgelet dat je de PRIMO hebt) maar het is best duur … In mijn klas zullen het de wasknijpers worden 😉 of een idee voor de Sint? De mini loco speldozen zijn dan weer wel haalbaar.

Kern 4 – hut dag 2

De leeslessen inoefenen vergt heel wat concentratie van de kinderen. Daarom varieer ik veel in werkvormen zodat ze niet in slaap kunnen vallen en veel oefenkansen hebben.

  • Echolezen: ik lees een zin, leerlingen herhalen dit en wijzen bij beide keren de woorden aan.
  • Fluisterend lezen: ik lees luidop en de leerlingen lezen fluisterend met me mee. Op die manier zijn ze verplicht om mee te volgen en proberen ze ook actief de woorden te decoderen.
  • Tweetal-coach: Na een klassikale instructie laat ik de kinderen per 2 de tekst inoefenen. Ze lezen om de beurt een zin/woord (Veilig en vlot). Elk duo heeft maar 1 boek op de bank liggen zodat ze genoodzaakt zijn om dichter bij elkaar te zitten. Op deze manier (hoop ik) luisteren ze beter naar elkaar. Zorg er ook voor dat de duo’s nooit bestaan uit enkel leeszwakke kinderen.
  • Nadat de tekst per 2 werd ingeoefend laat ik hen in de kring verzamelen om elk een woord te lezen. Ze zijn op voorhand gewaarschuwd dat ze niet aan de beurt komen als ze niet volgen. (Ik zie dit vaak door de vingers en zet kinderen die snel afgeleid zijn naast mij zodat ik met hen kan meevolgen). Het is leuk om te zien hoe ze elkaar (meestal) geduldig helpen om te volgen.
  • Om hen tijdens deze momenten, die toch wel lang kunnen duren, aandachtig en actief te houden, kan je hen laten mee fluisteren terwijl een andere leerling luidop leest. Of je laat om de zoveel zinnen één zin klassikaal lezen. Zo hebben ze tussendoor allemaal wat gedaan.
  • Doorschuifsysteem: ik deel vaak kaarten met daarop woorden (veilig en vlot) of zinnen uit de leestekst. De kinderen krijgen per 2 een kaart en lezen deze samen. Nadien schuiven ze door en lezen ze een nieuwe kaart. Zo hebben ze beweging en zijn ze aan het oefenen. Let er wel op dat snelle duo’s de anderen niet storen. Ik laat wie klaar is de handen in de lucht steken. Of je kan hen ook opnieuw laten lezen maar dan om beurt.
  • Ik heb 2 dagen in de week een co-teacher. De groep wordt dan opgesplitst (binnen de klas) zodat de leerlingen vaker aan de beurt kunnen komen. De opsplitsing kan gebeuren via zoek-je-partner.

 

Hoe stimuleren jullie de kinderen om aandachtig mee te volgen / te oefenen?

Lees verder

Kern 4 – Bos-dag 2

Kern 4 - bosdag2 - werkblad 15

 

In de les van bos-dag 2 is er een nieuwe oefening het werkboek (p15). Voor veel leerlingen, anderstalig of niet, is dit een heel moeilijke oefening. Ik heb deze proberen visueel te maken door prenten toe te voegen aan zowel de opdracht als enkele mogelijke antwoorden.

Er zijn 3 kaarten (dit hoort bij …) waarbij enkele kleinere kaarten horen. Ik heb niet elk antwoord vanuit het werkboek in het bestand opgenomen maar enkel de juiste antwoorden.

Ik doe deze sorteeroefening klassikaal en laat de kinderen telkens verwoorden waarom een woord bij een bepaald begrip (eet – boer – het bos) hoort. Wanneer alle kaarten besproken zijn overloop ik werkblad 15 en gaan de kinderen alleen aan de slag. Eventueel kan je nog enkele voorbeelden samen maken.

Lees verder